Ten little niggers (Agatha Christie, 1939)

Ten little niggers werd in 1939 in Londen gepubliceerd. In 1940 verscheen het boek ook in de VS, maar onder een andere titel: And then there were none. Hoewel de titel van de Engelse uitgave verwijst naar het volksgedichtTen Little Nigers, gaf men in de VS, uit piëteit voor de grote Afro-Amerikaanse gemeenschap, de voorkeur aan een alternatieve titel. And then there were none verscheen in de VS ook als Ten Little Indians (in wezen even beledigend als Ten Little Nigers) en als The Nursery Rhyme. Aan Agatha Christie’s werk wordt soms ook een antisemitische ondertoon toegeschreven. The Secret of Chimneys. is hiervan een voorbeeld.

Het volksgedicht Ten Little Nigers is eigenlijk een bewerking door Frank J. Green (1869) van het veel oudere Ten Little Injuns (indianen). Kinderen leren dus al meer dan honderdvijftig jaar tellen door niet-Westerse kinderen te laten verdwijnen, wat doorgaans op een niet zo prettige wijze gebeurt. In Frank J. Greens versie worden de niet-Westerse kinderen zwarte kinderen: ‘Ten Little Nigger Boys went out to dine; One choked his little self, and then there were Nine.’

Uit een analyse van een Duitse variant van het gedicht blijkt dat het steeds om kleine ‘negers’ gaat, die onvermijdelijk klein blijven, en niet leren uit hun fouten. De ‘negertjes’ hebben hun driften en lusten niet onder controle en vervallen telkens weer in excessen. Het onheil dat hen in het gedicht overkomt, is het gevolg van hun onmatigheid (te veel eten, dansen…).

Bibliografie

Bronnen

Christie, Agatha. Ten little niggers. Londen: Collins, 1982.

Christie, Agatha. And then there were none. Londen: Harper, 2015.

Christie, Agatha. Tien kleine negertjes. Amsterdam: Luitingh-Sijthoff, 1998.

Christie, Agatha. En toen waren er nog maar… Amstelveen: Pantheon, 2014.

Literatuur

Bunson, Matthew. The complete Christie: an Agatha Christie encyclopedia. New York: Pocket, 2000.

Pieterse, Jan Nederveen. Wit over zwart. Beelden van Afrika en zwarten in de westerse populaire cultuur. Amsterdam: Koninklijk Instituut voor de Tropen, 1990.